1. Sprachen
  2. Niederländisch-Vokabeln: Wortschatz & Wortlisten
  3. Camping
  4. de kaart
de kaart-die Karte

Wie sagt man "die Karte" auf Niederländisch?

Was bedeutet de kaart auf Niederländisch? Welchen Artikel hat kaart? Wie spricht man de kaart aus?

Übersetzung
de kaart
  • de tent
  • het bos
  • de rugzak
  • het vuur
  • de zaklamp
  • het meer
  • de berg
  • de aansteker
  • de camping
  • de slaapzak
  • de school
  • het klaslokaal
  • het schoolbord
  • het boek
  • het potlood
  • het papier
  • de gum
  • de schaar
  • de puntenslijper
  • het examen
  • de trein
  • het treinstation
  • het vliegtuig
  • de luchthaven
  • het paspoort
  • het visum
  • het museum
  • de toerist
  • de rugzak
  • de reservering

Jetzt herunterladen!

Lerne Niederländisch einfach und schnell.

Tobo iOS App herunterladenTobo Android App herunterladen